Skip to main content

Inleiding
Werkgever en werknemer zijn verplicht om tijdens ziekte voldoende re-integratieactiviteiten te verrichten. Na twee jaar ziekte toetst UWV of er voldaan is aan de re-integratieverplichting. Indien dat volgens het UWV niet het geval is, dan kan het UWV een loonsanctie opleggen. Dit houdt in dat werkgever maximaal één jaar langer het salaris van de werknemer tijdens ziekte dient door te betalen. Van werkgever en werknemer wordt, in het kader van re-integratie, veel verwacht. Werkgever is verplicht ervoor zorg te dragen dat de werknemers op een veilige en gezonde manier kunnen werken. Werkgever dient daarvoor een contract te sluiten met een Arbodienst. Deze biedt begeleiding gedurende het re-integratietraject. Maar stel nu dat het UWV, na inschakeling van een arbodienst, toch constateert dat te weinig inspanningen zijn verricht. Wie is dan aansprakelijk: werkgever of de arbodienst? En stel dat werkgever aansprakelijk is, kan deze de geleden schade dan verhalen op de arbodienst?

Jurisprudentie
Volgens vaste jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep blijft de werkgever in alle gevallen verantwoordelijk voor de re-integratie van een werknemer. Bij twijfel over (de juistheid van) het advies van de arbodienst dient werkgever het UWV om een deskundigenoordeel te vragen. Ondanks het feit dat werkgever aansprakelijk blijft, gaat de arbodienst echter niet altijd vrijuit. De arbodienst kan door de werkgever namelijk aansprakelijk worden gesteld wegens het niet behoorlijk of niet adequaat uitvoeren van zijn taak, aangezien van de arbodienst een actieve opstelling verwacht mag worden en deze bovendien een regierol vervult bij de re-integratie.

Bij de beantwoording van de vraag of de arbodienst zijn taak behoorlijk of adequaat heeft uitgevoerd, wordt beoordeeld of de arbodienst heeft gehandeld met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend opdrachtnemer verwacht mag worden.

Onzorgvuldig handelen kan onder andere bestaan uit het niet zorgvuldig adviseren over de werkhervatting, het – daar waar nodig – niet doorverwijzen van de werknemer voor verdere diagnostiek en behandeling, het bieden van onvoldoende medische begeleiding aan werknemer, het te laat (bij)stellen van een diagnose en/of het niet adequaat in de gaten houden van de behandeling van werknemer.

Exoneratiebeding
Veelal zal een arbodienst aansprakelijkheid voor schade, die het gevolg is van een fout (van de arbodienst zelf of een hulppersoon zoals een ingeschakelde externe bedrijfsarts), in  de algemene voorwaarden hebben uitgesloten of beperkt. Een dergelijk beperkend beding wordt een exoneratiebeding genoemd en is, tot op zekere hoogte, toegestaan. Indien de arbodienst een beroep doet op een dergelijke beding in de algemene voorwaarden, kan de rechtbank dit verweer echter buiten beschouwing laten indien zij van oordeel is dat het beroep daarop in die specifieke situatie onaanvaardbaar is.

Conclusie
Werkgever is verantwoordelijk voor het niet of onvoldoende voldoen aan de re-integratieverplichtingen, ook indien de arbodienst fouten heeft gemaakt. De werkgever kan zich niet verschuilen achter de fouten van de arbodienst. Werkgever doet er dan ook goed aan gedurende het hele re-integratietraject kritische vragen te stellen aan de arbodienst en tijdig advies in te winnen, bijvoorbeeld wanneer het re-integratietraject stagneert.

Meer informatie
Heeft u vragen of wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Erna Ulen of een van de advocaten van team Arbeidsrecht. Zij zijn u graag van dienst.

December 2019