Goed nieuws voor het midden- en kleinbedrijf dat zakendoet met grote ondernemingen: dinsdag heeft de Eerste Kamer een wetsvoorstel aangenomen waardoor de wettelijke betalingstermijn van grote ondernemingen binnenkort wordt gehalveerd van 60 naar 30 dagen.
Waarom een kortere betalingstermijn?
Veel mkb-ondernemingen bevinden zich regelmatig in een afhankelijke relatie tot grote ondernemingen. Dit heeft natuurlijk invloed op hun onderhandelingspositie: mkb-ondernemingen stemmen vaak in met een betalingstermijn die langer is dan zij eigenlijk wensen, terwijl zij tegelijkertijd voor voldoende liquiditeit moeten zorgen. Hierdoor komt de financiële positie van de mkb-onderneming onder druk te staan. Zeker tijdens de coronacrisis is gebleken dat een aantal grote ondernemingen eenzijdig de afgesproken betalingstermijn heeft verlengd. Bovenop de omzetdaling als gevolg van de coronacrisis volgde dus nóg een (financiële) uitdaging voor verschillende mkb-ondernemingen.
De wetgever vindt het daarom tijd om het mkb beter te beschermen. Het wetsvoorstel regelt dat grote ondernemingen met mkb-ondernemingen (kleine zelfstandigen inbegrepen) geen langere betalingstermijn kunnen overeenkomen dan 30 dagen. Let op: dit geldt alleen in de handelsrelatie tussen grote ondernemingen (als schuldenaar) en mkb-ondernemingen (als schuldeiser). Door een snellere betaling worden mkb-ondernemingen in staat gesteld om hun cashflow te verbeteren. Een betere cashflow betekent uiteindelijk minder gevaar voor liquiditeitsproblemen.
Mkb- of grote onderneming?
Het is natuurlijk wel van belang om te weten wanneer sprake is van een mkb-onderneming of een grote onderneming. Voor het maken van onderscheid tussen mkb-ondernemingen en grote ondernemingen wordt aangesloten bij het (gebruikelijke) jaarrekeningenrecht. Of er sprake is van een mkb-onderneming of een grote onderneming, moet dus beoordeeld worden op basis van de activa, de netto-omzet en het aantal werknemers.
Inwerkingtreding
Wanneer deze wetswijziging ingaat, is nog niet bekend. De inwerkingtreding hangt af van het koninklijk besluit en de publicatie in het staatsblad. Zodra de wet in werking is getreden geld het volgende:
-
Nieuwe overeenkomsten.
De aangepaste uiterste betalingstermijn van 30 dagen zal voor nieuwe overeenkomsten meteen na inwerkingtreding van toepassing zijn.
-
Bestaande overeenkomsten.
Voor bestaande overeenkomsten zal een overgangstermijn van een jaar van toepassing zijn. Lopende overeenkomsten hoeven dus niet meteen te worden aangepast op het moment dat de wetswijziging in werking is getreden. Na dat overgangsjaar, moeten ook de lopende overeenkomsten in overeenstemming zijn gebracht met de nieuwe wetgeving. Zo wordt voorkomen dat grote ondernemingen betalingstermijnen van langer dan 30 dagen hanteren door langlopende contracten af te sluiten.
Op het moment dat partijen toch een termijn afspreken die langer is dan 30 dagen, dan is die betalingstermijn nietig. Er geldt dan automatisch een betalingstermijn van 30 dagen. Als grote ondernemingen na meer dan 30 dagen een ingediende factuur van een mkb-onderneming betalen, dan zijn zij ook automatisch wettelijke handelsrente verschuldigd over de termijn die de 30 dagen overschrijdt. Op grond van de bestaande wet is de verplichting voor een afnemer om wettelijke (handels-)rente te vergoeden afdwingbaar gedurende vijf jaar nadat de vordering opeisbaar is geworden. Wordt een betalingstermijn overschreden, dan kan dit dus aardig in de papieren lopen!
Meer informatie
Heeft u behoefte aan advies over de gevolgen van de nieuwe betalingstermijnen of andere bepalingen uit uw zakelijke (internationale) overeenkomsten?
Neem dan contact op met Koen Vermeulen of één van de andere advocaten van Team Corporate Advisory.
Maart 2022