Skip to main content

Op 15 februari 2016 heeft het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (hierna: CBHO) geoordeeld dat na een positief studieadvies in het eerste jaar niet alsnog een bindend negatief studieadvies (hierna: BNSA) kan worden gegeven.

Appellant in de CBHO uitspraak van 15 februari 2016 is een student die een bacheloropleiding volgt aan de hogeschool. De examencommissie heeft de student op 23 oktober 2014 een “tentative positive binding studies advice” gegeven. In dit studieadvies is vermeld dat de student heeft voldaan aan de minimale eis van 52 studiepunten van het eerste studiejaar. Vervolgens heeft de examencommissie de student op 16 juli 2015, aan het einde van zijn tweede studiejaar, alsnog een BNSA gegeven.

De student gaat tegen deze beslissing in beroep bij het College van Beroep voor de Examens van de hogeschool, maar zijn beroep wordt ongegrond verklaard. Het CBHO daarentegen stelt de student in het gelijk.

Wettelijk kader
De propedeutische fase van een voltijds bacheloropleiding in het wetenschappelijk onderwijs en het hoger beroepsonderwijs valt samen met het eerste studiejaar met een studielast van 60 studiepunten. Over verwijzing en selectie aan het eind van de propedeutische fase gaat artikel 7.8b WHW van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (hierna: WHW).

Artikel 7.8b, eerste lid, WHW bepaalt dat het instellingsbestuur van een bekostigde universiteit of hogeschool aan iedere student uiterlijk aan het einde van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van een voltijdse of duale bacheloropleiding advies uitbrengt over de voortzetting van zijn studie. Ingevolge het tweede lid kan het instellingsbestuur, onverminderd het eerste lid, het advies aan de student uitbrengen zolang deze het propedeutisch examen niet met goed gevolg heeft afgelegd. Het derde lid voegt hieraan toe dat het instellingsbestuur aan een studieadvies, ten aanzien van daartoe door het instellingsbestuur aangewezen opleidingen, een afwijzing kan verbinden indien de student niet geschikt moet worden geacht voor de opleiding, doordat zijn studieresultaten niet voldoen aan de vereisten die het bestuur daaromtrent heeft vastgesteld.

De bevoegdheid tot het geven van een studieadvies in de zin van artikel 7.8b WHW kan het instellingsbestuur mandateren aan de examencommissie.

Overwegingen CBHO
Het CBHO overweegt in de uitspraak van 15 februari 2016 dat na een positief advies zoals door de examencommissie (namens het instellingsbestuur) is gegeven niet alsnog een BNSA kan worden gegeven. De toepasselijke bepalingen van de Onderwijs- en examenregeling zijn onverbindend wegens strijd met artikel 7.8b WHW.

Het CBHO verwijst hierbij naar twee eerdere uitspraken, te weten van 25 augustus 2014 en 16 november 2015, waaruit volgt dat blijkens de tekst van artikel 7.8b WHW een student slechts eenmaal een studieadvies kan krijgen. Daaraan kan, indien niet aan de studievereisten is voldaan, een bindende afwijzing worden verbonden.

Volgens het CBHO heeft de wetgever in het geheel niet beoogd om na een positief studieadvies na het eerste studiejaar, de instelling de bevoegdheid te geven alsnog een BNSA te geven zolang de propedeuse niet met goed gevolg is afgerond.

De verruiming in het tweede lid van artikel 7.8b WHW heeft een beperkte strekking. Zij is volgens de memorie van toelichting enkel van belang voor toepassing van het BNSA in het deeltijd onderwijs en bij studenten die in de loop van het studiejaar een opleiding aanvangen.

Het CBHO oordeelt dan ook dat de hogeschool het BNSA van 16 juli 2015 niet kon geven en verklaart het beroep van de student gegrond.

Exit tweetrapsraket
De hogeschool in de CBHO uitspraak van 15 februari 2016 ging voor twee ankers liggen: het eerste studieadvies was zowel tentative als positive binding. Voor het CBHO is dit gewoon een positief studieadvies. Ook in de uitspraak van 16 november 2015 maakt het CBHO korte metten met een voorwaardelijk positief studieadvies aan het eind van het eerste studiejaar.

Experiment BNSA na behalen propedeuse
Wel zijn er universiteiten en hogescholen die (tot en met het studiejaar 2018- 2019) op rechtmatige wijze experimenteren (zie experimenteerbesluit) met een BNSA nádat de propedeutische fase met goed gevolg is doorlopen. Dan geldt:

  • Ze mogen in het 2e jaar een negatief studieadvies geven.
  • In het 3e studiejaar van een hbo-opleiding kan alleen een gedeeltelijke bindende afwijzing gegeven worden.
  • In het laatste studiejaar van een opleiding kan geen bindend negatief studieadvies meer gegeven worden.  Dit is in het 3e jaar van het wo en in het 4e jaar van het hbo.

De instellingen die meedoen aan het experiment zijn zeer beperkt in aantal.

Vragen?
Voor vragen over het BNSA kunt u contact opnemen met ons team onderwijs. Zij zijn u graag van dienst.