Het is een onderwerp dat op (inter)nationaal vlak al jarenlang in de belangstelling staat: genderdiversiteit.
Mede in het kader van genderdiversiteit heeft de Sociaal-Economische Raad (SER) op 20 september 2019 een advies uitgebracht om een verdergaande en integrale aanpak te ontwikkelen teneinde het aantal vrouwen in topfuncties te bevorderen.
In navolging van het advies van de SER heeft de regering op 4 november 2020 een wetsvoorstel ingediend met als doel een evenwichtige man/vrouwverhouding in de top van het bedrijfsleven. Op 11 februari 2021 heeft de Tweede Kamer met dit wetsvoorstel ingestemd.
Inhoud wetsvoorstel inzake evenwichtige man/vrouwverhouding
Het wetsvoorstel inzake evenwichtige man/vrouwverhouding kent een geldigheidsduur van acht jaar. Het wijzigt Burgerlijk Wetboek 2, waarbij een evenwichtige verhouding tussen mannen en vrouwen in de raad van bestuur (RvB) en de raad van commissarissen (RvC) in de top van het bedrijfsleven (NV’cs en BV’s) wordt nagestreefd.
Ten eerste introduceert het wetsvoorstel een minimaal diversiteitsquotum voor RvC’s van beursvennootschappen.[1] Ten tweede dienen grote NV’s en BV’s passende en ambitieuze streefcijfers te hanteren voor hun RvB, RvC en te bepalen categorieën leidinggevenden om genderdiversiteit te stimuleren.[2]
Diversiteitsquotum
Het diversiteitsquotum houdt in dat het aantal leden van een RvC van een Nederlandse beursvennootschap voor ten minste één derde uit mannen en voor ten minste één derde uit vrouwen dient te bestaan. Zolang er bij een beursgenoteerde NV of BV niet wordt voldaan aan dit diversiteitsquotum, is elke nieuwe benoeming van een commissaris die niet bijdraagt aan een evenwichtige verdeling nietig. Ook indien er sprake is van een one-tier board, waarbij het bestuur bestaat uit uitvoerende en niet-uitvoerende bestuurders, geldt het diversiteitsquotum voor de niet-uitvoerende bestuurders.
Wel worden hierop enkele (tijdelijke) uitzonderingen geformuleerd. Nietigheid blijft achterwege indien:
- het een herbenoeming van een commissaris betreft;
- er sprake is van uitzonderlijke omstandigheden;
- er slechts sprake is van één commissaris of niet-uitvoerend bestuurder; of
- de Ondernemingskamer als voorlopige voorziening in een enquêteprocedure een tijdelijke commissaris heeft benoemd.
Voorts tast de nietigheid van een benoeming de rechtsgeldigheid van de besluiten van de RvC als orgaan niet aan.
Streefcijfer
Verder zullen grote vennootschappen op basis van het wetsvoorstel passende en ambitieuze doelen in de vorm van een streefcijfer voor hun RvB, RvC en te bepalen categorieën van leidinggevenden moeten opstellen.
Het woord ‘passend’ houdt in dat rekening moet worden gehouden met de omstandigheden van de vennootschap. In het bijzonder zijn dit de omvang van de RvB, de RvC en de huidige man/vrouwverhouding. Het begrip ‘ambitieus’ duidt erop dat te allen tijde moet worden gestreefd naar een evenwichtigere man/vrouwverhouding in de betreffende organen of categorieën.
Het bestuur van een grote vennootschap legt verantwoording af in het jaarverslag over het streefcijfer voor de organen en/of categorieën. Tevens dient het bestuur van een grote vennootschap een plan op te stellen, waarmee een evenwichtige verhouding kan worden gerealiseerd. Om grote vennootschappen hierin te ondersteunen zal de SER ondersteunende infrastructuur ontwikkelen.
Tot slot
Er is nog geen concrete datum bekend waarop het wetsvoorstel in werking zal treden, aangezien de Eerste Kamer haar goedkeuring nog dient te verlenen. Het is echter onze verwachting dat het wetsvoorstel spoedig door de Eerste Kamer aangenomen zal worden en dat grote NV’s en BV’s hun genderdiversiteitsbeleid aan het wetsvoorstel dienen te conformeren.
Heeft u vragen of wilt u meer informatie over het wetsvoorstel inzake evenwichtige man/vrouwverhouding? Neem dan contact op met een van onze medewerkers van het team Corporate Advisory van Boels Zanders Advocaten.
Juli 2021
[1] Betekenis beursvennootschap: een vennootschap met een notering aan Euronext Amsterdam.
[2] Betekenis grote vennootschap: een vennootschap met een balanstotaal van minimaal EUR 20 miljoen, een netto-omzet van minimaal EUR 40 miljoen en meer dan 250 werknemers op basis van twee opvolgende jaarrekeningen.