Skip to main content

Een minderjarige leerlinge wordt erg gepest door een bepaalde groep van school dan wel uit de buurt. De voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2016:5535) heeft Instagram, een Photo-sharing app en tevens een van de populairste sociale netwerken, in een kort gedingprocedure veroordeeld tot vrijgave van de NAW-gegevens van de accounthouder. De belangen van het gepeste meisje wegen in deze casus zwaarder dan de privacy van de accounthouder.

Het voorval
Eiseres is de moeder van een minderjarige leerlinge. Zij heeft de NAW-gegevens van een accounthouder bij Instagram opgevraagd. Een onbekend persoon heeft een Instagram-account aangemaakt en daar vervolgens seksueel getinte foto’s en video’s op geplaatst. Daarbij is onder meer door het vermelden van de bijnaam van de minderjarige leerlinge, namelijk “varkenneus”, gesuggereerd dat deze gemaakt dan wel afkomstig zijn van haar dochter. Vervolgens hebben bekenden van haar dochter de betreffende foto’s en video’s met verwijzingen via whatsapp-berichten gedeeld.

Richtlijnen Instagram
Instagram hanteert “Richtlijnen voor de community”. Hierin staat onder andere dat Instagram vanwege een scala aan redenen geen naaktbeelden toestaat op Instagram. Zij hanteert een zerotolerantiebeleid wanneer het gaat om het delen van seksuele inhoud van minderjarigen of het plaatsen van intieme afbeeldingen van anderen. Instagram zal derhalve de inhoud die gericht is op het vernederen of beschamen van individuen verwijderen.

Instagram heeft het omstreden account verwijderd. Moeder wil met het kort geding bereiken dat Instagram aan haar kenbaar maakt wie het account heeft gemaakt. Zij informeert Instagram dat het gaat om foto’s van andere personen, maar dat daarbij de naam van haar dochter is gebruikt. Dit is niet het enige incident. De minderjarige wordt heel erg gepest en de betreffende personen komen hier steeds mee weg. De minderjarige lijdt zeer onder alle pesterijen en heeft al een aantal zelfmoordpogingen gedaan.

Het geschil in kort geding
Instagram weigert de gegevens te verstrekken, waarna moeder een kort gedingprocedure start. Moeder legt aan haar vordering ten grondslag dat Instagram onrechtmatig handelt door te weigeren voormelde gegevens aan haar te overhandigen. Hierdoor geeft Instagram aan iedereen een vrijbrief zich schuldig te maken aan cyberpesten.

Instagram weigert de gegevens te verschaffen, omdat zij naar eigen zeggen niet in de positie is de belangen van de moeder af te wegen tegen die van Instagram als tussenpersoon en de personen van wie er persoonsgegevens worden gevorderd. Om die reden wil Instagram het verzoek van moeder niet inwilligen zonder rechterlijk bevel. Instagram voert met andere woorden geen “vol” verweer, omdat zij indien de voorzieningenrechter het haar beveelt de gegevens vrijwillig zal verstrekken.

Het verweer van Instagram is dat zij als tussenpersoon een neutraal platform aanbiedt waarop gebruikers content kunnen publiceren.

Op grond van artikel 14 van de E-commerce richtlijn 2000/31 is de aanbieder van een dienst van de informatiemaatschappij niet aansprakelijk voor de informatie die hij op verzoek van een ander opslaat, indien hij niet daadwerkelijk kennis heeft van de onwettige activiteit of informatie, of waar hij, zodra hij er kennis van neemt, prompt handelt om informatie te verwijderen. De inhoud waar de moeder over klaagt en de account zijn niet meer beschikbaar op Instagram, en dus heeft Instagram snel gehandeld.

De beoordeling door de voorzieningenrechter
De voorzieningenrechter overweegt dat op een provider onder omstandigheden de rechtsplicht kan rusten om zogenoemde NAW-gegevens (naam, adres en woonplaats gegevens) te verstrekken aan een benadeelde (ECLI:NL:HR:2005:AU4019). Dit geldt temeer voor een provider van “User Generated Content”, die zelf invloed uitoefent op hetgeen via haar medium wordt verspreid, onder meer door middel van het kenbaar maken van haar richtlijnen en het ingrijpen wanneer ongepast of aanstootgevende content wordt geplaatst.

Een rechtsplicht tot het verstrekken van de gegevens kan volgens de voorzieningenrechter bestaan als aannemelijk is dat anoniem onrechtmatige uitlatingen via deze provider openbaar zijn gemaakt en benadeelde alleen door tussenkomst van de provider dergelijk onrechtmatig handelen zou kunnen bestrijden.

Nu Instagram de onrechtmatigheid van het openbaar maken van de foto’s en video’s met de bijnaam van de minderjarige niet betwist, en evenmin betwist dat de moeder niet op andere wijze de gegevens kan achterhalen, zijn de voorwaarden voor het toewijzen van de vordering vervuld.

De voorzieningenrechter overweegt daarna dat artikel 8 sub f van de Wet bescherming persoonsgegevens Instagram de bevoegdheid geeft om persoonsgegevens van de accounthouder te verstrekken indien dit noodzakelijk is voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de moeder, tenzij het belang van de accounthouder en in het bijzonder diens recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer prevaleert.

Volgens de voorzieningenrechter komt het in dat kader aan op een afweging van alle betrokken belangen. Een dergelijke afweging leidt tot het oordeel dat het belang van de moeder in dit geval het zwaarst behoort te wegen, aangezien de minderjarige anders “vogelvrij” zou zijn voor dit soort acties van anonieme personen. Dit betekent dat op Instagram de rechtsplicht rust om aan de moeder de gevraagde gegevens te verstrekken.

De vordering van moeder wordt toegewezen. De voorzieningenrechter verbindt eveneens een dwangsom aan zijn uitspraak als prikkel tot nakoming.

Meer weten?
Wilt u meer informatie over dit onderwerp of heeft u andere vragen over privacy en onderwijs, neem dan contact op met Nicole Niessen. Zij is u graag van dienst.