Betrokken raken bij een verkeersongeval in het buitenland kan vervelende gevolgen hebben. Naast persoonlijke schade leidt dit ook tot diverse juridische vragen. In deze blog zal ik een kort overzicht geven van de in het internationale recht geldende regels bij internationale verkeersongevallen.
Twee internationale regelingen
Allereerst dient de vraag te worden beantwoord welk recht van toepassing is. Bij verkeersongevallen in een land van de Europese Unie (m.u.v. Denemarken) geldt de Rome II-Verordening. Daarnaast is Nederland aangesloten bij het Haags Verkeersongevallenverdrag.
Het Haags Verkeersongevallenverdrag
Het Haags Verkeersongevallenverdrag regelt het toepasselijk recht met betrekking tot schade en niet-contractuele aansprakelijkheid voor ongevallen in het wegverkeer. Hieronder worden zowel eenzijdige verkeersongevallen als ongevallen met meerdere al dan niet gemotoriseerde voertuigen verstaan. De hoofdregel is dat het recht van het land op welks grondgebied het ongeval heeft plaatsgevonden toepasselijk is.
Op deze hoofdregel bestaan een aantal uitzonderingen in geval van schade aan het voertuig, aan de zaken in het voertuig of in geval van letselschade bij de chauffeur, passagiers of passanten:
- Wanneer sprake is van een eenzijdig ongeval in het buitenland, is het recht van toepassing van het land waar het voertuig is geregistreerd. Deze aansprakelijkheidsregel geldt tegenover de bestuurder, de eigenaar van het voertuig en een slachtoffer in het voertuig. Voor een eventueel slachtoffer buiten het voertuig geldt deze regel alleen indien het slachtoffer ook in het land van registratie van het betrokken voertuig woont. Indien een vrachtwagenchauffeur met een in Nederland geregistreerde vrachtwagen in Luxemburg tegen een boom rijdt en zijn in Nederland wonende passagier letselschade oploopt, zal door deze uitzonderingsregel Nederlands recht op de situatie toepasselijk zijn. Indien hierbij een in Duitsland, Luxemburg of in Frankrijk wonende passant gewond raakt, geldt tussen de chauffeur en de passant de uitzonderingsregel niet van toepassing is. De passant woont immers niet in Nederland.
- Wanneer sprake is van een meerzijdig ongeval in het buitenland, waarbij de voertuigen van alle betrokkenen in hetzelfde land zijn geregistreerd maar in een ander land dan waar het ongeval heeft plaatsgevonden, is het recht van het land waar deze voertuigen zijn geregistreerd van toepassing. Indien twee in Nederland geregistreerde vrachtwagens in België op elkaar botsen en beide chauffeurs letselschade oplopen, zal op de situatie Nederlands recht van toepassing zijn.
- Indien een persoon buiten het voertuig, bijvoorbeeld een passant, het ongeval veroorzaakt, dan gelden de twee uitzonderingsregels hierboven slecht indien ook de passant uit het land komt waar de het voertuig is geregistreerd.
Voor schade die door het ongeval is ontstaan aan zaken, die zich ten tijde van het ongeval langs de kant van de weg bevonden, geldt dat het recht van toepassing is van het land waar de zaken zich ten tijde van het ongeval bevonden. Indien de Nederlandse vrachtwagen in Frankrijk tegen appelkisten aanrijdt langs de kant van de weg, zal op de vraagstukken met betrekking tot aansprakelijkheid en schade aan de appelkisten dus Frans recht toepasselijk zijn.
Overigens geldt ook als het toepasselijk recht op de aansprakelijkheid en schade is bepaald, alsnog rekening moet worden gehouden met de verkeers- en veiligheidsvoorschriften van het land waar het ongeval heeft plaatsgevonden. Binnen de Europese Unie zal dit niet problematisch zijn, maar voor landen die bij het verdrag zijn aangesloten en geen lid van de Europese Unie zijn (bijv. Marokko of Wit-Rusland), kunnen verschillen bestaan. Houd hiermee rekening.
De bovenstaande regels lijken helder. Zij kunnen wel leiden tot de situatie dat op een ongeval meerdere rechtsstelsels toepasselijk zijn, ieder voor een eigen onderdeel. Problematisch is dat parallel nog een tweede internationale regeling bestaat die van toepassing kan zijn op internationale verkeersongevallen.
Europees recht
De landen van de Europese Unie (m.u.v. Denemarken) zijn aangesloten bij de Rome II-Verordening. In deze verordening zijn regels vastgelegd omtrent de vraag welk nationale rechtsstel toepasselijk is in geval van schadeveroorzakende gebeurtenissen, voor zover tussen de betreffende partijen geen overeenkomst bestaat. Een verkeersongeval valt ook binnen het toepassingsbereik van deze verordening. Er is dan sprake van een onrechtmatige daad.
De hoofdregel in de Rome II-Verordening is dat het recht van het land waar de schade als gevolg van het ongeval zich voordoet, toepasselijk is op de gevolgen van het ongeval. Het gaat er dus niet om in welk land het ongeval heeft plaatsgevonden. Het land waar de schade is ontstaan, staat centraal.
In geval van letselschade of vermogensschade geldt dat het land waar het letsel is opgelopen of het land waar de vermogensschade is opgelopen, het land is waar de schade zich voordoet. Indien tussen een Nederlander en een Duitser in Duitsland een verkeersongeval plaatsvindt en de Nederlander hierdoor letsel oploopt, zal dan Duits recht toepasselijk zijn.
Een uitzondering is de situatie dat er een nauwere band met een ander land bestaat, bijvoorbeeld omdat alle betrokkenen van het verkeersongeval uit eenzelfde land komen, ondanks dat het ongeval in een ander land heeft plaatsgevonden. Als tussen twee Nederlanders een verkeersongeval plaatsvindt in Duitsland, zal op deze situatie dus vaak Nederlands recht toepasselijk zijn.
Een voordeel van de Rome II-Verordening is dat partijen na een schadeveroorzakende gebeurtenis, zoals bijvoorbeeld door een verkeersongeval, over het algemeen een rechtskeuze kunnen maken. In het Haags Verkeersongevallenverdrag is dit niet specifiek geregeld. Indien de Duitser en de Nederlander in het bovengenoemde voorbeeld onder de Rome II-Verordening de zaak toch liever afhandelen naar Nederlands recht in plaats van naar Duits recht, dan is dat mogelijk. Een dergelijke keuze kan bijvoorbeeld handig zijn, indien de gerechtelijke procedure volgens de internationale regelgeving in Nederland moet plaatsvinden. Hetzelfde geldt indien op grond van het Haags Ongevallenverdrag verschillende rechtsstelsels toepasselijk zijn.
Complexiteit verschillende regelgeving
De regels uit het Haags Ongevallenverdrag en de Rome II-Verordening lijken op het eerste gezicht misschien helder en overzichtelijk. Toch kan sprake zijn van complexe situaties, die soms voor veel onzekerheid en vragen kunnen zorgen.
Zijn de twee internationale regelingen namelijk wel toepasselijk wanneer toch sprake lijkt van een contractuele verhouding? Een passagier loopt bijvoorbeeld letsel op wanneer hij in een taxi zit en de taxi raakt betrokken bij een verkeersongeval. De passagier heeft met de Nederlands bril op een contractuele verhouding met het taxibedrijf en zal op contractuele gronden zijn schade op het taxibedrijf kunnen verhalen. De Rome II-Verordening en het Haags Ongevallenverdrag zijn dan niet toepasselijk en de situatie moet op grond van andere regelingen beoordeeld worden. Volgens sommige rechtssystemen is er in het taxi-voorbeeld geen sprake van een contractuele verhouding en zijn de twee regelingen wel toepasselijk. Dit is erg complex.
Als geen sprake is van een contractuele verhouding tussen partijen en de twee internationale regelingen toepasselijk zijn, kunnen de regelingen tot andere juridische uitkomsten leiden. Dit kan ook voor veel onzekerheid zorgen.
Een voorbeeld ter verduidelijking
Indien een Poolse vrachtwagenchauffeur in Nederland met een in België geregistreerde vrachtwagen van een Poolse eigenaar tegen een stoplicht aanrijdt en hierbij een Duitse passant raakt, welk recht is dan op de situatie van toepassing?
Op grond van de Rome II-Verordening zal de aansprakelijkheid van de Poolse vrachtwagenchauffeur tegenover de eigenaar van de vrachtwagen waarschijnlijk worden beheerst door het Poolse recht. De aansprakelijkheid van de vrachtwagenchauffeur tegenover de passant zal worden beheerst door het Nederlandse recht. Dit zou anders zijn geweest, indien de passant niet in Duitsland, maar in Polen zou wonen.
Op grond van het Haags Ongevallenverdrag zal de aansprakelijkheid van de Poolse vrachtwagenchauffeur tegenover de eigenaar van de vrachtwagen worden beheerst door het Belgisch recht, nu de vrachtwagen in België is geregistreerd. De aansprakelijkheid van de vrachtwagenchauffeur ten opzichte van de passant zal door het Belgische recht worden beheerst, wanneer de passant in België woont. Als de Duitser in Nederland of Duitsland woont is Nederlands recht op de aansprakelijkheidskwestie toepasselijk.
De toepassing van het Haags Ongevallenverdrag en de Rome II-Verordening kunnen tot verschillende uitkomsten leiden, zoals uit het bovengenoemde voorbeeld blijkt. Het nationaal recht zal immers onderling verschillen.
In de praktijk bestaat veel onzekerheid over de vraag welke internationale regeling voorrang heeft. Dit maakt de vraag welk recht van toepassing is complex. In de Rome II-Verordening is geregeld, dat het Haags Verkeersongevallenverdrag voorrang heeft indien beide internationale regelingen toepasselijk zijn. Toch worden in de praktijk tegen deze regel in de twee regelingen door elkaar heen gebruikt. Dit kan tot vervelende situaties leiden.
Tot slot
Het is bij grensoverschrijdende verkeersongevallen belangrijk om zorgvuldig uit te zoeken welk regeling en welk recht van toepassing zijn op een situatie. Bij één verkeersongeval kunnen verschillende rechtssystemen toepasselijk zijn met wellicht verschillende uitkomsten. U kunt te maken krijgen met rechtssystemen die u niet kent. Het is daarom van belang om tijdig advies in te winnen wanneer u met een internationaal verkeersongeval te maken heeft. Met het op de juiste manier bepalen van het toepasselijk recht kunt u veel juridische discussies en veel kosten voorkomen.
Meer informatie
Heeft u nog vragen over dit onderwerp of andere internationale onderwerpen? Neem dan contact op met Anne-Marie van Dijk of een van de andere advocaten van ons Internationaal team. Zij zijn u graag van dienst.
Juli 2017