De legalisering van cannabis voor recreatief gebruik is wereldwijd een veelbesproken onderwerp. Steeds meer landen, waaronder ook Nederland, zijn voornemens om het recreatieve gebruik van cannabis te legaliseren. Zo heeft Canada bijvoorbeeld eind 2018 het recreatieve gebruik van cannabis als tweede land ter wereld gelegaliseerd.
Een groot deel van de landen dat legalisering van cannabis voor recreatief gebruik overweegt, is aangesloten bij een of meerdere internationale drugsverdragen. Deze verdragen zijn veelal gesloten in een tijd waarin er nog een taboe rustte op het gebruik van cannabis. Om die reden staan de verdragsbepalingen vaak haaks op de voornemens van aangesloten staten om recreatief gebruik van cannabis te legaliseren. In dit artikel leggen wij uit hoe de legalisering van cannabis voor recreatief gebruik in verhouding staat tot de internationale drugsverdragen.
Cannabis voor geneeskundige en wetenschappelijke doeleinden
De belangrijkste internationale verdragen in het kader van cannabis zijn het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen en het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen. Op basis van deze verdragen is de teelt, verwerking en verkoop van cannabis verboden. In deze verdragen wordt de teelt, verwerking en verkoop van cannabis slechts toegestaan voor zover deze zien op geneeskundige en/of wetenschappelijke doeleinden. Dit betekent dat cannabishoudende producten slechts mogen worden gebruikt als medicijn, voor de productie van medicijnen en voor onderzoek naar medicijnen.
Verbod op cannabis voor recreatief gebruik en mensenrechten
De teelt, verwerking en cannabis voor recreatief gebruik valt dus niet onder de uitzondering voor de productie van cannabis voor geneeskundige en/of wetenschappelijke doeleinden. De productie van cannabis voor recreatief gebruik is dus verboden. Inmiddels klinken er echter steeds meer geluiden dat de legalisering van cannabis steun vindt in de positieve verplichtingen die voortvloeien uit de mensenrechtenverdragen. In voorkomend geval staan deze verplichtingen boven de verboden uit de internationale drugsverdragen.
Een ieder heeft bijvoorbeeld recht op gezondheid. Niet-gelegaliseerde of niet- gecontroleerde teelt en verkoop van cannabis kan risico’s voor de gezondheid meebrengen, omdat niet wordt toegezien op de kwaliteit van cannabis en eventuele verkeerde stoffen niet uit de cannabis worden gefilterd. Legalisering van cannabis voor recreatief gebruik, waarbij de overheid toezicht houdt op de kwaliteit van cannabis, draagt daarom bij aan de positieve verplichtingen die een overheid heeft om het recht op gezondheid te beschermen. Ook gezondheidsbescherming van jeugdigen wordt vaker als argument gebruikt. Zo heeft Canada het recreatieve gebruik van cannabis gelegaliseerd met als achterliggende gedachte de cannabis uit handen van jeugdigen te houden.
Legalisering van recreatieve cannabis kan ook leiden tot een betere bescherming van het privéleven van – voornamelijk – omwonenden van coffeeshops. Zo neemt bijvoorbeeld de criminaliteit die samenhangt met illegale wietteelt af en worden omwonenden beschermd tegen de risico’s van de illegale en onveilige aanleg van installaties voor illegale hennepkwekerijen, zoals brand of legionellabesmetting. Legalisering van de teelt van recreatieve cannabis brengt mee dat de telers niet meer in het zwarte circuit hoeven te opereren en zij dus ‘legale’ installaties voor hennepkwekerijen aan kunnen leggen.
Legaliseren recreatief gebruik
Uit het voorgaande blijkt dat de teelt en verkoop van cannabis voor recreatief gebruik in beginsel verboden is op grond van de internationale drugsverdragen. De verdragen vormen dan ook een belemmering voor de daarbij aangesloten landen om over te gaan tot het legaliseren van recreationele cannabis. Desondanks gaan er steeds meer stemmen op om ook het recreatieve gebruik van cannabis te legaliseren.
Het belangrijkste argument voor de legalisering van cannabis zonder dat dit in strijd komt met de internationale drugsverdragen is dat het legaliseren van cannabis voor recreatief gebruikt (in)direct leidt tot een betere bescherming van de mensenrechten. Het sprekende voorbeeld hiervan is Canada, waar wietteelt inmiddels gelegaliseerd is zonder dat dit internationaal gezien grote gevolgen heeft gehad. Ook de Nederlandse wetgever verwijst in de toelichting bij het wetsvoorstel voor een experiment in een gesloten coffeeshopketen naar de verplichtingen die voortvloeien uit mensenrechtenverdragen.
Of meerdere landen de stap naar legalisering gaan zetten, zal nog moeten blijken. Wij volgen deze ontwikkelingen op de voet. Bent u voornemens om te investeren in de cannabissector en wilt u weten waar u op moet letten, neem dan contact op met een van onze specialisten van Team Compliance. Wij helpen u graag verder!