Skip to main content

“Van de dag der faillietverklaring af is de huurprijs boedelschuld”, zo bepaalt de Faillissementswet. Dat niet-betaalde boedelhuur vanaf de faillietverklaring een boedelschuld is, geeft de verhuurder een rechtstreekse aanspraak op de boedel voor betaling van de huur vanaf het faillissement. Maar, in veel faillissementen is nog een hele poos onduidelijk of de huurder de boedelschulden wel kán betalen. En, zoals bij veel onbetaalde rekeningen geldt: wie niet betaald krijgt, heeft recht op vertragingsrente. Maar is ook die vertragingsrente dan een boedelschuld? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag bevestigend in een recent arrest.

Het faillissement

Paperlinx BV huurde een bedrijfshal voor een maandelijkse huurprijs van circa EUR 75.000,-. In de huurovereenkomst bepaalde men dat Paperlinx BV vertragingsrente moest betalen, indien zij de huurprijs niet op tijd zouden betalen. Deze rente bedroeg 2% van de maandelijkse huur. Dat komt neer op een bedrag van circa EUR 1.500,00 per maand rente.

In april 2015 gaat Paperlinx BV failliet. Drie maanden later zeggen de curatoren de huurovereenkomst op tegen 31 oktober 2015. De boedelhuurperiode bedraagt zodoende circa zeven maanden. Dat levert dus een huurboedelschuld op van circa EUR 580.000,-.

Boedelschulden

Boedelschulden zijn schulden die ontstaan tijdens het faillissement. Denk bijvoorbeeld aan het salaris van de curator of het loon van het personeel vanaf de dag van de faillietverklaring. De curator heeft als taak om het vermogen van de failliet te vereffenen en daarna te verdelen onder alle schuldeisers. Pas als alle boedelschuldeisers zijn betaald, komen de preferente schuldeisers en daarna concurrente schuldeisers aan de beurt. Hoewel boedelschuldeisers een directe aanspraak hebben op betaling, is vaak niet duidelijk of de boedel (uiteindelijk) wel genoeg geld heeft om hen te betalen. Daarom is de curator vaak genoodzaakt om betaling uit te stellen: de rekeningen van de boedelschuldeisers blijven daarmee onbetaald.

Curatoren betalen niet

Terug naar Paperlinx BV. Lange tijd bleef onzeker of de boedel van Paperlinx BV de huurboedelschulden kon betalen. De zeven maanden huur bleven dus geruime tijd onbetaald. De verhuurder was daarom van mening dat hij recht had op de vertragingsrente. De curatoren dachten daar anders over en noteerden de vertragingsrente niet als boedelschuld. In 2020 werd duidelijk dat de boedel toereikend was en werd de huurboedelschuld betaald. De vertragingsrente echter niet en daarom richtte de verhuurder zich tot de rechter. Uiteindelijk komt de vraag terecht bij de Hoge Raad: Is vertragingsrente over niet betaalde huurboedelschuld, zelf ook een boedelschuld?

De Hoge Raad stelt voorop dat net als een schuldenaar buiten faillissement, óók de boedel vertragingsrente is verschuldigd als de schuldenaar de boedelschulden niet kan voldoen.

Vervolgens oordeelt de Hoge Raad (anders dan het gerechtshof) dat: “(…) de aard van een boedelvordering als onmiddellijke aanspraak op de boedel mee[brengt] dat ook de met de boedelvordering verbonden verplichting tot betaling van deze rente moet worden aangemerkt als boedelschuld.”

Wat betekent dit? Vertragingsrente over een boedelschuld is dus zelf ook een boedelschuld. Deze uitspraak moet overigens breder dan alleen met betrekking tot huur worden opgevat, ook de vertragingsrente over andere boedelschulden kunnen worden aangemerkt als een boedelschuld.

De vertragingsrente was al flink opgelopen in het geval van Paperlinx BV: pas circa 50 maanden na het verstrijken van de factuurtermijnen, werd de huurboedelschuld namelijk betaald. Met een maandelijkse vertragingsrente van circa EUR 1.500,- per maand, voor zeven onbetaalde maanden, komt dat neer op enkele tonnen.

Wat leert het ons?

Een schuldeiser heeft recht op vertragingsrente op het moment dat de schuldenaar in verzuim in. Een schuldenaar is in beginsel na het verstrijken van een factuurtermijn ‘vanzelf’ in verzuim. In beginsel, want in sommige gevallen moet men de schuldenaar eerst aanmanen voordat hij in verzuim is en dus rente is verschuldigd. Als uw vorderingen worden aangemerkt als boedelschulden kan het daarom voorkomen dat u de boedel (in feite de curator) moet aanmanen voordat de vertragingsrente een nieuwe boedelschuld vormt. Wees daarop dus alert en houd, ook in geval een schuldeiser failleert, de boekhouding op dat punt up to date.

Meer informatie

Heeft u vragen of wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Aniek van Rooij, of één van de andere advocaten van team Insolventie & Herstructurering.

 

 

Februari 2022