De hypotheekcrisis in de Verenigde Staten in 2007 en het omvallen van de Amerikaanse zakenbank Lehman Brothers in 2008 vormden het begin van mondiale economische crises die ook Nederland raakten. Uit publicaties van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat het aantal faillissementen van bedrijven in 2008 met 7% was gestegen. Ook in de daaropvolgende jaren failleerden veel bedrijven, met een piek in 2013. In dat jaar werden 8.376 bedrijven en instellingen failliet verklaard. Ter vergelijking: in 2018 waren dat er ‘slechts’ 3.145.
Stilte voor de storm volgens economen
Inmiddels groeit de Amerikaanse economie alweer zo’n 121 maanden op rij. Dat maakt beleggers en investeerders nerveus. Zowel in Duitsland als in de Verenigde Staten wordt al maanden gediscussieerd over de vraag wanneer een nieuwe kredietcrisis zal uitbreken. Dát er een nieuwe kredietcrisis zal volgen, is volgens vele economen zeker. Een nieuwe economische crisis treft ons allemaal in meer of mindere mate. Wat nu als uw bedrijf in zwaar weer komt te verkeren? In deze nieuwsbrief geef ik een aantal tips.
Zicht op financiële positie
Om een onderneming goed te bestuderen dient er te allen tijde zicht te zijn op de financiële positie. Het voeren van een deugdelijke administratie is overigens ook verplicht op grond van de wet (art. 2:10 BW), net zoals het tijdig deponeren van de jaarrekening. Ook wanneer de jaarrekening niet meer tijdig kan worden gedeponeerd is het raadzaam om de jaarrekening toch te deponeren.
Het is in ieder geval van belang dat u de perspectieven voor uw onderneming vaststelt. Het inventariseren van lopende financieringsdocumentatie en het in kaart brengen van lopende overeenkomsten kan u daarbij helpen. Bij die inventarisatie is het bijvoorbeeld verstandig om na te gaan of uw onderneming mogelijk handelt in strijd met financieringsvoorwaarden. Indien dat laatste het geval is, bestaat het risico dat uw financier overgaat tot opeising van de financiering en/of overgaat tot uitwinning van gevestigde zekerheden.
Een bestudering van lopende contracten kan ertoe leiden dat een voorziening moet worden getroffen omdat bepaalde garanties geclaimd kunnen worden. Indien sprake is van een concernfinanciering kan het bovendien verstandig zijn om na te gaan hoe die financiering binnen het concern is benut. Mogelijk moeten er nog afspraken worden gemaakt over de interne verdeling draagplicht, regres en subrogatie.
Kwijtscheldingswinstvrijstelling
Een onderneming in moeilijkheden kan aan haar schuldeisers verzoeken om kwijtschelding. In beginsel merkt de Belastingdienst een kwijtschelding aan als winst uit onderneming. Dat is anders indien uw onderneming gebruik kan maken van de kwijtscheldingswinstfaciliteit. Om gebruik te kunnen maken van deze faciliteit dient u – onder meer – aan te tonen dat u de schuld niet kan voldoen (bijvoorbeeld) vanwege een dreigend faillissement.
BTW terugvragen op oninbare vorderingen
Het innen van debiteuren leidt doorgaans – logischerwijs – tot extra liquiditeit. Deze liquiditeit kan mogelijk worden verhoogd door betalingsregelingen te treffen of door debiteurenportefeuilles (weliswaar veelal met korting) te verkopen. Let hierbij wel op dat wanneer een faillissement onafwendbaar is, het voorgaande onrechtmatig of paulianeus kan zijn. Wat nu als blijkt dat bepaalde vorderingen op debiteuren oninbaar zijn? In dat geval kunt u de door u reeds betaalde BTW terugvragen bij de Belastingdienst. Een vordering wordt door de Belastingdienst in ieder geval als oninbaar aangemerkt één jaar na het verstrijken van de uiterste betaaltermijn die u met uw klant bent overeengekomen.
Wetsvoorstel Homologatie Onderhands Akkoord
Naast het vergroten van het actief kunt u overigens ook denken aan het verkleinen van het passief. Op dit moment is het Wetsvoorstel Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) aanhangig bij de Tweede Kamer. Die wet moet het voor ondernemingen mogelijk maken om schulden te herstructureren door het sluiten van een onderhands akkoord met schuldeisers en aandeelhouders. Mijn collega Jeroen Tulfer schreef eerder al een artikel over dit wetsvoorstel.
Surseance van betaling aanvragen
Surseance van betaling, ook wel ‘uitstel van betaling’, kan een oplossing bieden voor tijdelijke financiële problemen. Surseance van betaling is gericht op het voortbestaan van uw onderneming en het bereiken van een gerechtsakkoord met de schuldeiser. Indien tijdens de surseance van betaling blijkt dat de betalingsproblemen niet van tijdelijke aard zijn, zal veelal een faillissement volgen.
Faillissement onvermijdelijk?
Indien – al dan niet nadat surseance van betaling is verleend – duidelijk is dat er geen reële overlevingskansen voor uw onderneming meer bestaan, doet u er verstandig aan om de activiteiten te staken en tijdig over te gaan tot het aanvragen van het faillissement. Het wekken van de schijn van kredietwaardigheid kan onder omstandigheden namelijk onrechtmatig zijn. Hoewel in beginsel bij rechtspersonen heeft te gelden dat de rechtspersoon zelf aansprakelijk is voor onrechtmatige gedragingen, kan in bepaalde gevallen ook een bestuurder persoonlijk aansprakelijk worden gehouden. Zeker in geval van een faillissement zullen schuldeisers geneigd zijn om verhaal te zoeken bij de bestuurder(s), nu de rechtspersoon in dat geval geen verhaal zal bieden.
Bij dit alles heeft te gelden dat het beter is om het dak te repareren als de zon schijnt. Oftewel, als het nog goed gaat is het eenvoudiger om maatregelen te treffen voor het geval dat het misgaat. Op het laatste moment is het vaak niet meer mogelijk om nog iets te repareren. Bespreek dit dus tijdig met uw adviseur!
In onze nieuwsbrieven houden we u op de hoogte van alle relevante (wets)ontwikkelingen op het gebied van faillissementsrecht. Wilt u meer informatie over dit onderwerp of heeft u andere vragen, neem dan contact op met een van de advocaten van ons team Insolventie & Herstructurering.
Augustus 2019