Sluit een intermediair die bemiddelt bij het vinden van leerwerkplekken voor leerlingen in het MBO die de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) volgen arbeidsovereenkomsten met de leerlingen die aan stageplaatsen worden geholpen? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag in het arrest van 9 oktober 2015 in de zaak Logidex/SNCU.
Logidex/SNCU
Partijen in deze zaak zijn Logidex en de SNCU.
Logidex bemiddelt voor leerlingen in het MBO bij het vinden van leerwerkplekken bij bedrijven in de logistieke sector. De leerlingen die Logidex bij bedrijven plaatst, volgen de bbl binnen het MBO, waarbij de leerling één dag in de week naar school gaat en vier dagen per week in een bedrijf werkt. MBO-leerlingen die de beroepsopleidende leerweg (bol) volgen, gaan vier dagen in de week naar school en werken één dag in een bedrijf.
De Stichting Naleving cao voor de Uitzendkrachten (SNCU) ziet toe op de correcte naleving van de cao’s voor de uitzendbranche en kan in dat kader (uitzend)werkgevers verzoeken bepaalde gegevens te verstrekken. Bij weigering kan de stichting de werkgever onder meer verplichten een boete te betalen.
Logidex ontvangt van de leerbedrijven een vergoeding voor door de geplaatste leerling verrichte arbeid en betaalt die leerlingen het minimumloon voor hun werkzaamheden. Daarnaast geeft Logidex leiding aan de leerlingen bij het leerbedrijf. Logidex houdt verder toezicht op de werkzaamheden, waarbij de leerbedrijven toestaan dat Logidex aanwijzingen en instructies geeft aan de leerlingen. Jegens de leerbedrijven bedingt Logidex naleving van de verplichtingen die op grond van de wet op een werknemer (en werkgever) rusten, draagt zorg voor aangifte en afdracht van loonbelasting en sociale premies, en betaalt tot slot ook door bij ziekte.
De plaatsing van de leerling kan worden beëindigd door de MBO-instelling, Logidex of het leerbedrijf zelf met inachtneming van een opzegtermijn.
Is Logidex een uitzendonderneming?
De SNCU is van oordeel dat er sprake is van uitzendovereenkomsten tussen de bbl-leerlingen en Logidex, waardoor de Cao uitzendkrachten ABU van toepassing kan zijn tijdens perioden van algemeen verbindend verklaring. Daarom heeft zij Logidex verzocht om bepaalde gegevens te verstrekken waartoe Logidex verplicht kan worden op grond van de cao. Logidex heeft dit geweigerd, omdat zij van oordeel is dat zij niet kan worden beschouwd als een uitzendonderneming die met de leerlingen een arbeidsovereenkomst sluit. De SNCU gaat na aanmaningen over tot het opleggen van een boete ter hoogte van EUR 100.000,- aan Logidex.
In deze procedure vordert Logidex een verklaring voor recht dat zij niet kan worden beschouwd als een uitzendonderneming en dat zij dus niet gebonden is aan de Cao uitzendkrachten ABU. De SNCU heeft op haar beurt als tegenvordering betaling van de opgelegde boete geëist.
De eerste vraag die moet worden beantwoord, is of Logidex met de leerlingen arbeidsovereenkomsten sluit in de zin van artikel 7:610 BW. Als er namelijk geen sprake is van een arbeidsovereenkomst, kan er op grond van artikel 7:690 BW ook geen sprake zijn van een uitzendovereenkomst. Het antwoord op de vraag of Logidex aan de Cao uitzendkrachten ABU is gebonden, kan alleen bevestigend luiden als er sprake is van een uitzendovereenkomst.
Kantonrechter en hof: arbeidsovereenkomst
Volgens de kantonrechter en het hof is er sprake van arbeidsovereenkomsten en – in het verlengde daarvan – van uitzendovereenkomsten.
Het hof heeft in zijn oordeel de nadruk gelegd op de vier elementen die volgens vaste rechtspraak duiden op een arbeidsovereenkomst, namelijk (1) de aanwezigheid van de gezagsrelatie tussen de bbl-leerling en Logidex, (2) het feit dat Logidex loon uitkeerde voor de verrichte (stage)werkzaamheden, (3) het feit dat de bbl-leerling de werkzaamheden persoonlijk moest verrichten en (4) dat er concrete afspraken waren over de duur van de overeenkomst.
In twee instanties is Logidex dus in het ongelijk gesteld.
Hoge Raad: stageovereenkomst
Maar de Hoge Raad komt tot een ander oordeel.
Weliswaar kan het hof worden gevolgd in zijn redenering met betrekking tot de vier elementen die duiden op een arbeidsovereenkomst. Echter, indien het verrichten van de werkzaamheden van de stagiair in overwegende mate in het belang van de opleiding is die de stagiair volgt, is er sprake van een stageovereenkomst en is er geen sprake van een arbeidsovereenkomst.
De Hoge Raad concludeert vervolgens dat de bbl-leerling waarvoor Logidex bemiddelt een stageovereenkomst heeft, om die reden kan Logidex niet worden aangemerkt als een uitzendonderneming.
Cruciaal criterium: onderwijsverplichting
Bij leerarbeidsovereenkomsten en stageovereenkomsten is niet altijd direct duidelijk of sprake is van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW. Het komt er dan op aan of het verrichten van de werkzaamheden van de stagiair in overwegende mate in het belang is van de opleiding die deze volgt.
In de praktijk werken MBO-instellingen in het kader van de bbl veel samen met intermediairs zoals Logidex, of werken zij zelf met leerarbeidsovereenkomsten of stageovereenkomsten. Indien stagiairs zich succesvol op het standpunt kunnen stellen dat zij een arbeidsovereenkomst hebben gesloten met het leerbedrijf waar zij werkzaam zijn, is het arbeidsrecht (onder andere de regels bij ontslag, arbeidsongeschiktheid, pensioen of loon) van toepassing. Leerbedrijven zullen dan minder snel geneigd zijn om stageplekken aan te bieden, waardoor het lastiger wordt om bbl-leerlingen succesvol te plaatsen.
Zoals door Logidex wordt betoogd, hebben diverse onderwijsinstellingen in het algemeen onvoldoende relaties binnen het bedrijfsleven om voor leerwerkplekken te kunnen zorgen. Het is daarom van belang dat voor bedrijven het werken met bbl-leerlingen aantrekkelijk blijft.
Meer weten?
Bij het aangaan (of beoordelen) van een leerarbeids- of stageovereenkomst komt het er dus op aan dat partijen zich ervan vergewissen of de werkzaamheden al dan niet gelden als onderwijsverplichting. Voor vragen hierover kunt u contact opnemen.
Terug