De Fipronil-affaire van twee jaar geleden heeft voor veel pluimveehouders geleid tot aanzienlijke schade. Al eerder werd bekend dat de gedupeerden niet door de Staat zullen worden gecompenseerd.
Dit heeft ertoe geleid dat de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO), samen met 124 individuele pluimveehouders, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) aansprakelijk hebben gesteld voor de door hen geleden schade.
In deze procedure heeft de rechtbank Den Haag geoordeeld dat de NVWA niet onrechtmatig heeft gehandeld en bestaat dus geen verplichting tot vergoeding van de schade. De LTO overweegt hoger beroep in te stellen tegen deze uitspraak.
Toezichthoudende taak
Al eerder verscheen op onze pagina een artikel over de aansprakelijkheid van de NVWA als gevolg van falend toezicht op de naleving van regels ten aanzien van voedselveiligheid.
Voor aansprakelijkheid is allereerst vereist dat sprake is van voldoende ernstige en concrete aanwijzingen voor de toezichthouder dat regels overtreden worden en als gevolg van deze overtredingen een gevaar voor de volksgezondheid ontstaat met ernstige schade als gevolg. In die situatie ligt het op de weg van de toezichthouder maatregelen te treffen die de schade voor de betrokkenen beperken, dan wel voorkomen. Wanneer de NVWA ondanks deze concrete aanwijzingen geen actie onderneemt, kan dit leiden tot aansprakelijkheid.
Bij het maken van de afweging welke maatregelen passend zijn bij een dergelijke concrete aanwijzing, heeft de NVWA een ruime mate van beleids- en beoordelingsvrijheid. Een rechter zal deze beoordelingsruimte beperkt toetsen. Slechts gekeken wordt of alle omstandigheden in acht genomen, in redelijkheid tot het beleid had kunnen komen.
Vordering gedupeerde pluimveehouders
De rechtbank in Den Haag heeft zich gebogen over de vraag of de NVWA haar toezichthoudende taak heeft verzuimd en andere maatregelen had moeten treffen om de schade te voorkomen. Daarnaast wordt het verwijt gemaakt dat de sector eerder gewaarschuwd had moeten worden over het mogelijk gebruik en in omloop zijn van de schadelijke stof Fipronil. Daarbij is de oproep van de plaatsvervangend inspecteur-generaal voorlopig geen eieren te eten in het programma Nieuwsuur onrechtmatig, aldus eisers.
Geen sprake van falend toezicht
De rechtbank komt tot het oordeel dat bepalend is dat op het moment dat de NVWA bekend werd met het mogelijk gebruik van Fipronil, geen sprake was een acuut gevaar voor de volksgezondheid. Gezien de beperkte capaciteit en ook beperkte financiële middelen moest de NVWA prioriteren en is het dus niet onbegrijpelijk dat hier niet direct maatregelen zijn getroffen.
Eisers verwijten de NVWA daarnaast dat zij de sector niet heeft gewaarschuwd over het mogelijk in omloop zijn van Fipronil. De rechtbank gaat hier niet in mee. Een dergelijke waarschuwing verhoudt zich niet tot de plicht die op de Staat rust een bedrijf niet in diskrediet te brengen terwijl nog geen bewijs voorhanden is dat het bedrijf strafbare feiten begaat. Bepalend daarbij is dat mag worden verwacht dat de primaire verantwoordelijkheid bij de pluimveehouders ligt de voedselveiligheid te garanderen en te controleren dat de middelen die in de sector gebruikt worden ook zijn toegestaan.
Tot slot is de rechtbank van oordeel dat de uitlatingen in Nieuwsuur niet als onrechtmatig kunnen worden aangemerkt. Deze uitlatingen hebben mogelijk tot verwarring geleid en mede om die reden waren die uitlatingen wellicht ook ongelukkig, maar niet zodanig dat die uitlatingen als onrechtmatig moeten worden aangemerkt.
De rechtbank komt gezien het bovenstaande tot het oordeel dat geen sprake is van falend toezicht. De NVWA is dus niet aansprakelijk voor de geleden schade.
Meer informatie
Heeft u hier vragen over? Of wilt u meer informatie over dit onderwerp of over de toezichthoudende taak van de NVWA in het algemeen?
Neem dan contact op met Merel Lentjes van Team Food & Agri of een van de advocaten van het Team Proces & Aansprakelijkheid. Zij zijn u graag van dienst.
11 Juli 2019