Op verzoek van de Nederlandse Vereniging van Banken heeft het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) op 26 januari 2015 een commissie opgericht voor de behandeling van geschillen tussen MKB-ondernemingen en bankinstellingen over renteswapovereenkomsten.
Met deze Geschillencommissie wordt beoogd MKB-ondernemingen een goedkoop en snel alternatief te bieden voor een procedure bij de civiele rechter.
Om een klacht in te kunnen dienen moet onder meer aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
- de klachtenprocedure van de betrokken bank moet zijn gevolgd;
- de klacht moet binnen één jaar nadat zij aan de bank is voorgelegd, of, als de bank inhoudelijk gereageerd heeft, binnen drie maanden na de reactie, worden voorgelegd aan het Kifid;
- de klacht mag niet reeds zijn voorgelegd aan de civiele rechter;
- de onderneming heeft niet meer dan 50 werknemers in dienst;
- de onderneming heeft een omzet of balanstotaal van maximaal EUR 10 mio.;
- de looptijd van de renteswapovereenkomst is niet vóór 1 april 2014 geëindigd;
- de hoofdsom van de vordering, exclusief vertragingsrente en kosten, bedraagt maximaal EUR 1 mio.;
- de renteswapovereenkomst is afgesloten met ING Bank NV, ABN AMRO Bank NV, Coöperatieve Rabobank UA, SNS REAAL NV of Deutsche Bank Nederland NV.
Als de klacht behandelbaar is, zal de Ombudsman eerst nog beoordelen of het zinvol is om een bemiddelingspoging te ondernemen. In tien zaken heeft deze bemiddelingspoging inmiddels geresulteerd in een schikking. Wanneer een klacht geen aanleiding geeft tot bemiddeling of bemiddeling tevergeefs blijkt, verwijst de Ombudsman de klacht door naar de Geschillencommissie.
De Geschillencommissie doet uitspraak over de klacht. De uitspraak heeft de vorm van een bindend advies; beide partijen zijn juridisch gebonden aan de uitspraak en een civiele rechter mag slechts toetsen of het advies juist tot stand is gekomen en of het voldoende is gemotiveerd.
Zowel de MKB-onderneming als de betrokken bank kan tegen de uitspraak van de Geschillencommissie in hoger beroep gaan bij de Commissie van Beroep. De uitspraak van de Commissie van Beroep is ook bindend.
Het Kifid publiceert de uitspraken van de Geschillencommissie en van de Commissie van Beroep in geanonimiseerde vorm.
Uitspraken van Geschillencommissie
Op 29 februari 2016 zijn de eerste drie uitspraken van de Geschillencommissie gepubliceerd.
In deze procedures werd gesteld dat i) de renteswapovereenkomst tot stand was gekomen onder invloed van dwaling en ii) de betrokken bank haar (bijzondere) zorgplicht heeft geschonden, waardoor zij schadeplichtig is.
De Geschillencommissie oordeelde echter in alle gevallen dat de betrokken bank de MKB-onderneming bij het tot stand komen van de renteswapovereenkomst in voldoende mate heeft geïnformeerd over de kenmerken en risico’s van het product.
Uit de door de banken verstrekte informatie zou immers voldoende duidelijk blijken dat met de renteswapovereenkomst de variabele rente wordt uitgeruild tegen een vaste rente en dat de opslag op de rente daar buiten blijft, dat bij voortijdige beëindiging van de lening de renteswapovereenkomst niet automatisch wordt beëindigd en dat met het voortijdig beëindigen van de rentswapovereenkomst, afhankelijk van de dan geldende rente, de MKB-onderneming een bedrag ontvangt of moet betalen.
Slechts in één van de uitspraken heeft de Geschillencommissie de vordering van de MKB-onderneming (gedeeltelijk) toegewezen. De reden hiervoor was gelegen in het feit dat de bank de MKB-onderneming niet van passend advies had voorzien, omdat de renteswapovereenkomst onvoldoende samenhang vertoonde met de onderliggende leningen; terwijl de hoofdsom van de leningen terugliep, bleef de hoofdsom van de renteswap gelijk. Dit wordt ook wel een overhedge genoemd.
Eerder oordeelde de civiele rechter dat een bank bij een overhedge schadeplichtig is voor de schade die het gevolg is van die overhedge. Tevens heeft de AFM de banken opgeroepen klanten in dergelijke situaties te voorzien van een passende oplossing.
De volledige uitspraken kunt u hier vinden (uitspraak 1, uitspraak 2, uitspraak 3). Heeft u een geschil met uw bank over een renteswapovereenkomst, of heeft u nog vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op.