Door het vervallen van de Europese melkquotering op 1 april 2015 is de mestproductie in de Nederlandse veehouderij fors toegenomen. Deze toename heeft ertoe geleid dat Nederland in 2015 het mestproductieplafond heeft overschreden. Een overschrijding van dit fosfaatproductieplafond kan ertoe leiden dat Nederland de derogatie van de Nitraatrichtlijn verliest, wat leidt tot extra kosten van ruim €100 miljoen per jaar. Daarnaast loopt Nederland het risico door de Europese Commissie in gebreke te worden gesteld op de uitvoering van de Nitraatrichtlijn. Om ervoor te zorgen dat de Nederlandse veehouderij op een zo kort mogelijke termijn onder het productieplafond produceert, zijn productiebegrenzende maatregelen in de melkveehouderij noodzakelijk.
Invoering van een stelsel van fosfaatrechten
Teneinde binnen korte termijn onder het fosfaatproductieplafond uit te komen, heeft de regering een wetsvoorstel ingediend dat strekt tot de invoering van een stelsel van fosfaatrechten. In dit stelsel zal voor elke melkveehouderij de maximaal in een kalenderjaar te produceren hoeveelheid fosfaat worden vastgesteld. De aldus vastgestelde fosfaatproductie zal in de vorm van fosfaatrechten aan bedrijven worden toegekend. Uitgangspunt bij die toekenning is het aantal gehouden stuks melkvee op 2 juli 2015. Hiermee tracht de regering te voorkomen dat anticiperend gedrag in de periode dat duidelijk werd dat een fosfaatrechtenstelsel zou worden ingevoerd, wordt beloond. Ondernemers die onevenredig worden benadeeld door de toepassing van deze referentiedatum worden op grond van een knelgevallenvoorziening gecompenseerd. Op aandringen van de Tweede Kamer zal deze knelgevallenregeling worden uitgebreid.
Het wetsvoorstel is inmiddels aangenomen door de Tweede Kamer en wacht op behandeling in de Eerste Kamer. Het is de bedoeling dat het wetsvoorstel per 1 januari 2018 in werking treedt.
Sectorfosfaatakkoord
Aangezien het stelsel van fosfaatrechten niet eerder dan 1 januari 2018 in werking zal treden, bestaat de kans dat Nederland in 2017 wederom boven het fosfaatproductieplafond uitkomt. Om dit te voorkomen is brancheorganisatie ZuivelNL samen met de regering gekomen met een sectorfosfaatakkoord. Het fosfaatakkoord bestaat uit drie onderdelen: verlaging van het fosforgehalte in het mengvoer, premies voor boeren die melkvee afstoten en fosfaatreductie door zuivelondernemingen. Deze maatregelen moeten ervoor zorgen dat het fosfaatproductieplafond in 2017 niet overschreden wordt. Het akkoord zou op 1 maart 2017 in werking treden, nadat het algemeen verbindend zou zijn verklaard.
In zijn brief aan de Tweede Kamer van 30 december 2016 schrijft de Staatssecretaris van Economische Zaken van dit plan af te zien. Het algemeen verbindend verklaren van het sectorakkoord zou gelet op de Europese marktordeningsregels problematisch zijn. In plaats daarvan stelt de Staatssecretaris voor om de afspraken uit het akkoord vorm te geven in een ministeriële regeling op basis van de Landbouwwet. Daarmee worden de afspraken opgenomen in een algemeen verbindend voorschrift en dienen de afspraken door bedrijven nageleefd te worden. Inmiddels heeft de Staatssecretaris, bij brief van 3 februari 2017 aan de Tweede Kamer, gespecificeerd hoe de maatregelen in de regeling zullen worden vastgelegd. De ministeriële regeling zal op 1 april 2017 in werking treden.
Meer informatie
Heeft u vragen over dit onderwerp? Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Xander Wynands of een van de andere advocaten van team Food & Agri. Zij zijn u graag van dienst.