Skip to main content

Op 1 januari 2020 treedt naar verwachting de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (“de Wnra”) in werking. Deze wet gaat er voor zorgen dat de rechtspositie van de meeste ambtenaren zoveel mogelijk gelijk getrokken wordt met die van werknemers in het bedrijfsleven. Voor meer dan een half miljoen personen gaat gelden: van ambtenarenrecht naar arbeidsrecht. In een serie van blogs verkent het team Arbeidsrecht van Boels Zanders de hoofdlijnen en knelpunten van deze ingrijpende wetgevingsoperatie. In het tweede deel komt de vraag aan de orde voor welke personen de Wnra gevolgen gaat hebben.

De vier categorieën

Momenteel ben je ambtenaar als je bent aangesteld om werkzaam te zijn in openbare dienst. Of hier sprake van is, wordt beoordeeld door te kijken naar de mate van overheidsinvloed op doelstelling, financieel en organisatorisch beheer en beleid van een organisatie. De Wnra bevat een nieuwe, eenvoudigere definitie van de ambtenaar. Artikel 1 Ambtenarenwet gaat luiden: “Ambtenaar in de zin van deze wet is degene die krachtens een arbeidsovereenkomst met een overheidswerkgever werkzaam is”. Wie vervolgens als overheidswerkgever moeten worden aangemerkt volgt uit artikel 2 van de nieuwe Ambtenarenwet. Dit artikel bevat een lijstje van overheidswerkgevers waar onder meer de staat, provincies, gemeenten en waterschappen onderdeel van uitmaken.

Er kunnen vier categorieën personen worden onderscheiden die te maken krijgen met de Wnra. Dit zijn:

  1. Ambtenaren die ambtenaar blijven;
  2. Ambtenaren die een arbeidsovereenkomst krijgen mét ambtenarenstatus;
  3. Ambtenaren die een arbeidsovereenkomst krijgen zonder ambtenarenstatus;
  4. Werknemers met een arbeidsovereenkomst die ook ambtenarenstatus krijgen.

A – Ambtenaren die ambtenaar blijven

De eerste categorie personen betreft huidige ambtenaren die ook na de inwerkingtreding van de Wnra volledig ambtenaar blijven. Hier gaat het om de groep ambtenaren die op grond van artikel 3 Ambtenarenwet (nieuw) dus geen arbeidsovereenkomst krijgen met hun overheidswerkgever. Voor de uitgezonderde categorie gaat het civiele arbeidsrecht dus niet gelden. Deze categorie bestaat uit:

  • politieke ambtsdragers: bijvoorbeeld ministers, gedeputeerden, burgemeesters en wethouders;
  • leden van de Hoge Colleges van Staat: leden van de Staten-Generaal, de Raad van State, de Algemene Rekenkamer en de Nationale ombudsman;
  • leden van adviescolleges en zelfstandige bestuursorganen: bijvoorbeeld de de voorzitter en de leden van de Nederlandse Zorgautoriteit;
  • de rechterlijke macht: rechters, officieren van justitie en procureurs-generaal;
  • alle defensieambtenaren: zowel militair als burgerpersoneel;
  • alle politieambtenaren: dus ook het administratief en technisch personeel;
  • notarissen en gerechtsdeurwaarders.

Strikt genomen zondert de Wnra deze ambtenaren dus uit en heeft de nieuwe wet geen materiële gevolgen voor de ambtenaren uit deze categorie. Wat wel verandert is dat de Ambtenarenwet niet meer van toepassing zal zijn op deze groep. De rechtspositie van de ambtenaren die volledig ambtenaar blijven zal in aparte wetgeving worden geregeld, hetgeen nu overigens ook al vaak het geval is.

B – Ambtenaren die een arbeidsovereenkomst krijgen mét ambtenarenstatus

Categorie B betreft verreweg de grootste groep personen van de vier categorieën, namelijk alle de huidige ambtenaren die voor een overheidswerkgever in de zin van artikel 2 Ambtenaren (nieuw) werken. Onder andere zijn dit de ambtenaren die werkzaam zijn bij ministeries (het Ministerie van Defensie uitgezonderd), gemeenten, provincies, waterschappen en personeel van gerechtelijke instanties (rechters uitgezonderd).

De ambtenaren in deze categorie krijgen met ingang van (hoogstwaarschijnlijk) 1 januari 2020 van rechtswege een arbeidsovereenkomst, maar behouden wel degelijk een vorm van ambtenarenstatus. Deze vorm, waarover in de volgende blog over de Wnra meer, kan worden aangemerkt als ‘de ambtenarenstatus-light’.

C – Ambtenaren die een arbeidsovereenkomst krijgen zonder ambtenarenstatus

De volgende categorie betreft huidige ambtenaren die na 1 januari 2020 de ambtenarenstatus volledig zullen verliezen. Dit omdat zij na deze datum niet meer voor een overheidswerkgever in de zin van artikel 2 Ambtenarenwet (nieuw) zullen werken. Dit gaat gelden voor huidige ambtenaren in het openbaar onderwijs. Zij worden werknemer met een arbeidsovereenkomst zónder ambtenarenstatus. Het openbaar onderwijs omvat openbare onderwijsinstellingen in het primair en voortgezet onderwijs, openbare universiteiten en openbare onderzoeksinstellingen.

D –Werknemers met een arbeidsovereenkomst die ook ambtenarenstatus krijgen

De laatste categorie is bijzonder. Dit betreft namelijk personen die momenteel enkel werknemer zijn met een arbeidsovereenkomst, maar na de inwerkingtreding van de Wnra plots ook ambtenarenstatus(-light) hebben. Deze nieuwe ambtenaren zijn onder meer momenteel werkzaam bij het UWV, de SVB, de Nederlandsche Bank en het CBR. Zij behouden dus hun privaatrechtelijke rechtspositie als werknemer, maar krijgen ook te maken met een aantal regels uit de nieuwe Ambtenarenwet.

Meer informatie over de Wnra?

In het volgende deel van de serie blogs over de Wnra zullen we nader ingaan op de gevolgen van de Wnra. Wat houdt bijvoorbeeld het ambtenarenstatus-light in?

Wilt u meer informatie over de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren en de dienstverlening van Boels Zanders? Neem dan een kijkje op onze Wnra pagina of neem contact op met Jean-Luc Coenegracht van ons team Arbeidsrecht.